BLADWESPEN

Op 11 september 2006 viel het tijdens het vogeltrektellen op dat er zich grote aantallen kleine oranje "vliegjes" in het gras van het dijktalud bevonden. Bij nadere beschouwing bleek het om bladwespen te gaan. Bladwespen behoren tot de orde Hymenoptera, waar mieren, wespen en bijen ook toebehoren. Ze zijn eenvoudig van vliegen te onderscheiden door het bezit van twee paar i.p.v. één paar vleugels. Bladwespen behoren samen met de hout- en halmwespen tot de suborde Symphyta. Deze suborde is van alle andere Hymenoptera zijn te onderscheiden door het ontbreken van een "wespentaille".

Opvallend was dat ze allen uit het noordwesten leken te komen. Nader onderzoek wees al gauw uit dat er een gerichte trekstroom laag over het gras aan de zuidzijde van de dijk was. Om een idee te krijgen van de omvang van deze trekstroom werd er tussen 11.00 uur en 12.45 uur ieder kwartier tijdens twee keer één minuut de langstrekkende bladwespen geteld. Omdat de trek zich zeer laag en in een smalle zone over de dijk afspeelde kon eenvoudig twee vaste punten worden gekozen waartussen de migrerende bladwespen konden worden geteld. In sommige minuten passeerden er meer dan tweehonderd. Omrekening van de werkelijk getelde aantallen naar de gehele periode waarbinnen gekeken was, leverde al ruim elfduizend exemplaren op.

Een aantal exemplaren werden verzameld om deze later door een specialist te kunnen laten determineren. Maar zeer waarschijnlijk ging het om een soort uit het genus Athalia. In Nederland komen van dit genus negen soorten voor waarvan er acht inheems zijn. De soorten zijn vrij lastig van elkaar te onderscheiden, maar de meest bekende is de Knollebladwesp Athalia rosae welke soms voor grote plagen kan zorgen in de teelt van koolzaad, radijs, mosterd en andere kruisbloemigen.